Van alle zwangerschappen eindigt 10 % (1 op 10) in een miskraam. De medische term voor een miskraam is ook wel een spontane abortus en treedt vaak op in de eerste twee tot vier maanden van de zwangerschap. Een miskraam gaat vaak gepaard met buikpijn en vaginaal bloedverlies. Slechts bij 50% van de vrouwen met bloedverlies is er sprake van een miskraam, in de overige gevallen heeft het bloedverlies een andere oorzaak. De kans op een miskraam neemt toe met de leeftijd. Of je een miskraam hebt, is niet met zekerheid te voorspellen en wordt vaak met een paar dagen duidelijk.

Een miskraam wordt vaak veroorzaakt door een afwijking bij het ongeboren vruchtje. Daardoor kan het vruchtje niet meer groeien en wordt het afgestoten. De oorzaak hiervan is meestal een chromosoomafwijking die bij de bevruchting is ontstaan. Deze chromosoomafwijking is zelden erfelijk en meestal zijn er geen gevolgen voor een volgende zwangerschap. Een miskraam wordt niet veroorzaakt door lichamelijk inspanning.

Meestal komt een miskraam na het eerste bloedverlies binnen een aantal dagen op gang, maar soms duurt dit nog een week of zelf een paar weken. Geleidelijk ontstaat krampende pijn in de buik en neemt het bloedverlies toe zoals bij een hevige menstruatie. Om te controleren of er sprake is van een miskraam of om te controleren of de miskraam compleet is, kan er een echo gemaakt worden. Dit is niet altijd noodzakelijk en gebeurd in overleg met ons.

Neem in geval van bloedverlies en/of buikpijn altijd contact met ons op.